Bruno the Bench
Hoe kun je samen met Bruno de bank de stad verbeteren?
Slechts een klein groepje mensen heeft de macht om de stad vorm te geven. Ondanks dat stadsmakers
burgers proberen te betrekken door middel van verscheidene participatieprojecten, heeft het merendeel
van de bevolking geen directe invloed op de veranderende stad. Dat komt ook omdat mensen participatie
zien als een te grote tijdsinvestering, omdat ze het saai vinden of omdat ze het gevoel hebben te weinig
kennis of ervaring te hebben. De studenten vinden dat deze macht eerlijker verdeeld moet worden door
participatie toegankelijker te maken.
Bruno het stadsbankje is onderdeel van een platform dat deze toegankelijkheid biedt. Dit platform bestaat uit stadsobjecten die tot leven gebracht worden: bankjes, prullenbakken en zelfs gebouwen kunnen praten. Burgers raken in gesprek met deze stadse dingen en worden gestimuleerd om hun meningen en ideeën te delen over fysieke en sociale aspecten van de omgeving waarin het betreffende object zich bevindt. De dingen delen op hun beurt hun ‘persoonlijke’ verhalen en observaties. Door deze gesprekken met objecten wordt empathie opgewekt voor een voorheen levenloze omgeving en bouwen mensen zo aan hun begrip voor, en band met, de stad, haar mensen en haar ‘dingen’.
Via het platform hebben stadsmakers een continue verbinding met de verhalen en benodigdheden van burgers. Het platform verzamelt alle gesprekken tussen de dingen en de mensen waar de stadsmakers dan toegang tot krijgen tijdens bepaalde projecten. Door actief te luisteren en de gesprekken te verwerken, kunnen stadsmakers zowel inclusievere als reactievere plekken ontwerpen. Bruno is dus een klein onderdeel van een gigantisch web dat helpt bij de creatie van collectieve visie op de toekomstige stad.
Bruno het stadsbankje is onderdeel van een platform dat deze toegankelijkheid biedt. Dit platform bestaat uit stadsobjecten die tot leven gebracht worden: bankjes, prullenbakken en zelfs gebouwen kunnen praten. Burgers raken in gesprek met deze stadse dingen en worden gestimuleerd om hun meningen en ideeën te delen over fysieke en sociale aspecten van de omgeving waarin het betreffende object zich bevindt. De dingen delen op hun beurt hun ‘persoonlijke’ verhalen en observaties. Door deze gesprekken met objecten wordt empathie opgewekt voor een voorheen levenloze omgeving en bouwen mensen zo aan hun begrip voor, en band met, de stad, haar mensen en haar ‘dingen’.
Via het platform hebben stadsmakers een continue verbinding met de verhalen en benodigdheden van burgers. Het platform verzamelt alle gesprekken tussen de dingen en de mensen waar de stadsmakers dan toegang tot krijgen tijdens bepaalde projecten. Door actief te luisteren en de gesprekken te verwerken, kunnen stadsmakers zowel inclusievere als reactievere plekken ontwerpen. Bruno is dus een klein onderdeel van een gigantisch web dat helpt bij de creatie van collectieve visie op de toekomstige stad.
Over de designers
Maak kennis met Virginia Facciotto (1999), Rijk Roozenbeek (2000), Valentina Guadagno (1999), Ryan
Tsai (2000) en Maartje Roggeveen (1997), een internationale en diverse groep Design for Interaction
studenten (Industrieel Ontwerpen, TU Delft). Dankzij Virginia’s rationaliteit en liefde voor structuur, Rijks
rots-in-de-branding capaciteiten, Valentina’s energie en storytelling skills, Ryans prikkelende,
onverwachte gedachten en Maartje’s innovatieve ideeën en positiviteit is het hen gelukt een pratende
bank te ontwerpen. Met als basis de mogeljikheden van AI en de wil om stedenontwerp inclusiever te
maken, begonnen zij een half jaar geleden aan een iteratief proces waarin we wekelijks ons concept
aanpasten. In samenwerking met Citizen Voice, een platform voor publieke participatie geleid door Dr.
Juliana Goncalves aan de TU Delft, en de structuur en knowhow die het vak ‘Interactive Technology
Design’ ons bood, bouwden ze verschillende contexten met verschillende door AI gedreven tools om de
mogelijkheden en ethische dilemma’s rondom de rol van artificiële intelligentie in de toekomstige stad te
testen, erover te speculeren en erop te reflecteren. Hoe moeten we dealen met zo’n immens machtige
technologie die onvermijdelijk een grote rol gaat spelen in ons leven? Utopische scenario’s volgden op
dystopische, Bruno zou in beide passen. De studenten hopen dat mensen worden getriggerd door de
vreemde interactie met een ding te praten en daardoor het gesprek over de ethiek van AI gevoerd blijft
worden door haar toekomstige gebruikers.
Wat doen we bij TU Delft
Industrieel Ontwerpen?
Hoe ontwikkelen we steden die leefbaarder, gezonder, duurzamer en inclusiever zijn voor
iedereen? Enkele Delft Design-onderzoekers buigen zich over deze en gerelateerde vragen.
Ook Assistant Professor Achilleas Psyllidis, die data inzet om te bekijken op welke manier
mensen de stadsomgeving gebruiken. Zijn tools helpen om een betere omgeving te ontwerpen,
te identificeren en te prioriteren.
Ondertussen werkt universitair docent Rebecca Price samen met de gemeente Rotterdam en onderzoekers van de faculteit Bouwkunde van de TU Delft aan het T-Roffa Lab-project. Met een mobiel bos onderzoekt het team hoe de stadsomgeving samen met burgers verder kan ontwikkelen en hoe steden klimaatbestendiger kunnen worden gemaakt.
Ondertussen werkt universitair docent Rebecca Price samen met de gemeente Rotterdam en onderzoekers van de faculteit Bouwkunde van de TU Delft aan het T-Roffa Lab-project. Met een mobiel bos onderzoekt het team hoe de stadsomgeving samen met burgers verder kan ontwikkelen en hoe steden klimaatbestendiger kunnen worden gemaakt.